Wie kwam op het idee om gratis prentjes te geven bij producten

pexels.com

januari 2020

Ze blijven het goed doen: de gratis kaartjes in de supermarkt. Voetballers, smurfen, dieren… zowat alles wakkert de verzamelwoede van mensen aan. Het idee om gratis kaartjes aan klanten te geven is ongeveer 160 jaar oud. Deze slimme strategie werd bedacht door Aristide Boucicaut, eigenaar van het eerste grootwarenhuis ter wereld.

Boucicaut zocht een manier om klanten te binden aan zijn winkel Au Bon Marché in Parijs. In 1853 lanceerde hij daarom een eerste reeks van zes gratis prentjes voor kinderen. In kleur! Daarin zat het geniale: kleurenprenten waren toen nog schaars en daarom heel gewild. Het was een heel gedoe om ze te drukken. Voor iedere kleur moest een andere drukplaat gebruikt worden. Een prentje met twaalf kleuren moest dus twaalf keer gedrukt worden. Die techniek heette chromolithografie, wat de kaartjes de naam chromo’s opleverde.

De actie van Boucicaut was een instant succes. Kinderen uit rijke families trokken hun moeder letterlijk de winkel binnen om een nieuw plaatje aan hun collectie te kunnen toevoegen. Al snel volgden er albums om de plaatjes in te plakken.

Andere winkels en fabrikanten wilden een graantje meepikken van het succes en lanceerden hun eigen lijn. Het Duitse bedrijf Liebig bijvoorbeeld stak vanaf 1872 prentjes bij zijn bouillon en lanceerde bijna tweeduizend verschillende series. Liebig stopte ermee in 1975, maar de reclameprentjes zijn nog steeds erg gegeerd. De chromo’s uit de eerste decennia worden heel duur verkocht. In België staan vooral de prentjes van Chocolade Jacques in het geheugen gegrift. Ook de prenten van Artis Historia, waarvoor je punten uit verpakkingen moest knippen, deden het lange tijd goed. Het bedrijf ging in 2005 failliet, maar begon in 2015 een nieuw leven.

Panini

In de jaren 1960 kon je voor het eerst aparte zakjes met prentjes kopen, los van om het even welk product. Dat idee kwam van twee Italiaanse broers met de welbekende naam Panini. Die verkochten in hun krantenzaak zakjes met voetballersprentjes. De verkoop van die zakjes was zo’n groot succes dat de broers het jaar erop hun eigen bedrijf begonnen, gespecialiseerd in de verkoop van prentjes. In 1970 zorgde Panini voor een nieuwe primeur, die hen succes zou opleveren over de hele wereld: ze introduceerden de eerste zelfklevende plaatjes.

Vanaf dat moment ging Panini internationaal en werd het wereldleider in de sector van de verzamelstickers. Voor het WK-album van 2006 werden in België alleen al meer dan 24 miljoen zakjes met stickers van voetballers verkocht. Dat was een nieuw record. Panini verkoopt ondertussen niet alleen voetbalplaatjes, maar ook stickers van cartoons, films, tv-series, muziek, natuur en dieren… Het voormalige familiebedrijf draait jaarlijks een miljoenenomzet, telt meer dan 850 werknemers en is actief in meer dan honderd landen. Het einde van de verzamelprentjes lijkt nog lang niet in zicht.

__________

BRON  |    Leca vzw 2016